GD: minder of meer mineralen voeren?

koeien aan voerhek (2)De Gezondheidsdienst voor Dieren (GD) gaf op Dairy Campus in Goutum een masterclass ‘Minder of meer mineralen voeren?’ Henry Visser opende de masterclass. Jan Veling en Guillaume Counotte van de GD gaven een presentatie over mineralen en spoorelementen.

Doodgeboorte bij vaarzen

“Een onjuiste mineralenhuishouding is een belangrijke risicofactor voor doodgeboorte bij vaarzen, een veel voorkomend probleem bij vaarzen”, vertelt Jan Veling tijdens de masterclass. Aandachtspunten zijn tekorten aan selenium, vitamine E, magnesium en koper. Naast een mineralentekort, spelen ook factoren als overbezetting en huisvesting een rol spelen bij doodgeboorte, benadrukte Veling. Het is van groot belang om voor het afkalven de mineralenvoorziening op orde te hebben. Wanneer de mineralenvoorziening op orde is, zal melkziekte ook minder gauw voorkomen. Voldoende calcium voor de dag van afkalven is daarom belangrijk. Een tekort aan calcium kan voorkomen als een koe fosfor in het rantsoen mist. Door een calciumtekort functioneren witte bloedcellen minder. Witte bloedcellen zijn nodig voor het afdoden van bacteriën en kunnen ziektes voorkomen. Een veehouder uit de zaal vertelt: “Een paar dagen voor afkalven voer ik luzerne bij. Dat is een calciumbron.”

Tekorten en overmaat spoorelementen

Counotte gaf in zijn presentatie aan hoe belangrijk spoorelementen zijn voor het vee en hoe spoorelementen met elkaar interacteren. “Spoorelementen zijn functioneel voor de regeling en ondersteuning van processen. Bij een tekort treden vaak vage klachten op, maar bij een overmaat kunnen spoorelementen toxisch worden”, aldus Counotte. Een tekort aan koper kan een verkleurd haarkleed, bloedarmoede en verminderde weerstand met zich meebrengen. Daarnaast laat het productieverliezen en achterstand in groei zien. Een overmaat aan koper kan een ophoping in de lever tot gevolg hebben, leverbeschadiging is daar een resultaat van. “Een uitgebalanceerde verstrekking van mineralen is van groot belang”, verteld Counotte. “Spoorelementen maken een route door het lichaam van de koe. Ze worden vanuit de pens en de darm opgenomen in het bloed, waarna ze naar een opslagorgaan gaan. Een overmaat wordt vaak via urine, mest en melk uitgescheiden. Maar niet alle mineralen in melk vertellen iets over de opname ervan.” Een tankmelkonderzoek kan hulp bieden bij een inzicht van de mineralenvoorziening. Een leverbiopt is een ‘gouden standaard’ voor de status van onder andere koper, magnesium en ijzer.

Bewust omgaan met mineralenvoorziening

Counotte gaf in zijn presentatie aan dat het belangrijk is dat veehouders bewust omgaan met de mineralenhuishouding. “Zowel een tekort als overschot kan negatief werken. De gemiddelde uitgave van spoorelementen per bedrijf van ongeveer 100 melkkoeien is 1500 tot 3000 euro. Spoorelementen is uit eigen gewas te winnen, afhankelijk van grondsoort, bewerking van het land en het soort planten, zoals brandnetels en andere vlinderbloemigen”, aldus Counotte. Met deze boodschap wil Counotte duidelijk maken dat het verstandig is om bewust te worden met betrekking tot het aanbieden van mineralen.

Met dank aan vakblad De Molenaar!